Per 1 januari 2019 zijn weer tal van loongerelateerde cijfers en wet- en regelgevingen gewijzigd. Vijf belangrijke veranderingen staan hier voor u op een rij.
1. Heffingskortingen voor buitenlandse werknemers
Vanaf 1 januari 2019 hebben alleen inwoners van Nederland nog recht op het belastingdeel van de algemene heffingskorting en de arbeidskorting. 'Niet-inwoners' hebben daar vanaf dat moment geen recht meer op. Er is een uitzondering voor (buitenlandse) werknemers die wonen in lidstaten van de Europese Unie, in de EER (Noorwegen, IJsland en Liechtenstein), Zwitserland en de BES-eilanden (Bonaire, Sint Eustatius en Saba). Om deze uitzondering te kunnen toepassen, moet worden vastgesteld van welk land uw (buitenlandse) werknemer fiscaal gezien inwoner is. Van u wordt verwacht dat u de woonplaats in alle redelijkheid bepaalt.
2. Woonplaats en anoniementarief
U bent verplicht om uw werknemers te identificeren. Als dat niet (juist) is gedaan, dan is het zogenoemde anoniementarief (52%) van toepassing.
Van (buitenlandse) werknemers die fiscaal geen inwoner van Nederland zijn, maar hier wel (tijdelijk) verblijven, wordt in de loonadministratie weleens het (tijdelijke) Nederlandse adres vastgelegd. Vanaf 1 januari 2019 moet van deze (buitenlandse) werknemers het buitenlandse adres in de loonadministratie worden opgenomen. Als u dit als werkgever niet doet, moet voor deze werknemers het anoniementarief worden toegepast.
3. 30%-regeling
De maximale looptijd van de 30%-regeling wordt met ingang van 1 januari 2019 met drie jaar verkort: van acht naar vijf jaar. Nieuwe aanvragen worden vanaf dan voor maximaal vijf jaar toegekend. Ook voor bestaande gevallen zal de verkorting van drie jaar gelden, maar er is sprake van overgangsrecht.
In onderstaande tabel is de uitwerking van het overgangsrecht uiteengezet:
Einddatum op beschikking | Wijziging in looptijd |
In 2019 of 2020 | Geen wijziging |
In 2021, 2022, 2023 | Looptijd wijzigt naar 31 december 2020 |
In of na 2024 | Looptijd wordt verkort met drie jaar |
4. Vrijwilligersregeling 2019
Vrijwilligers zijn voor de maatschappij van groot belang. Daarom gaat de vrijstelling voor vrijwilligers in 2019 met € 200 per jaar omhoog. Dit betekent dat een vrijwilliger vanaf 1 januari 2019 maximaal € 170 belastingvrij per maand kan ontvangen voor de verrichte diensten, met een maximum van € 1.700 per jaar. Het is voor het eerst sinds 2006 dat dit bedrag wordt verhoogd.
5. Nieuwe regels compensatie overuren
Per 1 januari 2019 is het voor u als werkgever niet meer mogelijk om afspraken met individuele werknemers te maken om meerwerk (hieronder wordt verstaan meeruren en overuren) met vrije tijd te compenseren. Vanaf 2019 mag dit alleen nog maar als het is geregeld in een cao en schriftelijk is afgesproken. Dit geldt alleen voor zover de werknemer over de gewerkte uren niet meer verdient dan het minimumloon.