De rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft op 2 maart jl. geoordeeld dat een ondernemer die overgaat van de landbouwregeling naar de btw-regeling, recht heeft op aftrek van btw op de aanfokkosten van het jongvee en de melkkoeien die op dat moment op het bedrijf aanwezig zijn. Dit kan een aanzienlijk belastingvoordeel opleveren.
De uitspraak is niet definitief, want de Belastingdienst heeft nog de mogelijkheid in hoger beroep te gaan bij het gerechtshof. Het kan zelfs zo zijn dat de Hoge Raad uiteindelijk een oordeel moet vellen.
Indien men in het lopende jaar heeft geopteerd voor de omzetbelasting en men de btw over het gebruiksvee niet heeft teruggevraagd, kan de btw nog teruggevraagd worden bij de aangifte in het laatste tijdvak van het (boek)jaar. Voor oude jaren is het raadzaam bezwaar te maken tegen de ingediende aangifte, indien er nog geen vijf jaren zijn verstreken. De Belastingdienst kan het bezwaar afwijzen, omdat het te laat is ingediend en gerechtelijke uitspraken in principe geen terugwerkende kracht hebben, maar bij een gunstige uitspraak van de Hoge Raad kan mogelijk toch een teruggave worden verleend.