De kinderopvangtoeslag gaat in 2017 omhoog. Nagenoeg alle ouders die gebruik maken van kinderopvang gaan er op vooruit. Omdat de minimale bijdrage van de overheid stijgt van 23,8% naar 33,3%, profiteren zeker de hogere inkomens.
Als u voor één of meer van uw kinderen kinderopvang heeft geregeld, kunt u hiervoor een tegemoetkoming in de kosten krijgen. Deze tegemoetkoming, de kinderopvangtoeslag, gaat volgend jaar omhoog. Als u aan de voorwaarden voldoet heeft u altijd recht op toeslag, los van de hoogte van uw inkomen.
Let op! De toeslag blijft inkomensafhankelijk en wordt dus minder naarmate uw inkomen stijgt.
Meer toeslag voor hogere inkomens
Met name hogere inkomens krijgen volgend jaar verhoudingsgewijs meer toeslag. Dit komt omdat de minimale bijdrage van de overheid voor het eerste kind stijgt van 23,8% naar 33,3%. Dit minimumpercentage is van toepassing op inkomens vanaf ongeveer €100.000.
Verhoging maximale uurprijs
De toeslagen worden verhoogd, maar daarnaast wordt volgend jaar ook een verhoging doorgevoerd van de maximale uurprijs waarvoor u toeslag kunt krijgen. Deze bedraagt 2,5% en er vindt een indexatie van de uurprijs met 1,6% plaats. Daar staat tegenover dat ook het toetsinkomen, het inkomen dat bepaalt hoeveel toeslag u krijgt, wordt geïndexeerd. Tenslotte wordt de regeling verlengd dat u een half jaar werkloos mag zijn, alvorens de toeslag vervalt.
Wat scheelt dat in de portemonnee?
Stel: u heeft twee kinderen waarvoor u bij beiden gebruik maakt van 100 uur dagopvang per maand à €7 per uur. U heeft een partner en een gezamenlijk inkomen van €50.000. U krijgt volgend jaar €504 meer toeslag. Bij een gezamenlijk inkomen van €100.000 krijgt u volgend jaar €408 meer toeslag.
Tip: Voor de kinderopvangtoeslag geldt geen vermogenstoets. Dit betekent dat u de toeslag ook krijgt als u over een flink vermogen beschikt. Bovendien draagt de overheid altijd bij via de kinderopvangtoeslag, ook voor hogere inkomens. Vraag de toeslag dus altijd aan als uw kinderen opvang genieten.