Volgens vaste rechtspraak van het Hof van Justitie EU moet het begrip economische activiteit ruim worden uitgelegd. Daarbij mag geen rekening worden gehouden met het oogmerk of het resultaat van de activiteit. Wanneer een zaak zowel voor economische als voor privé doeleinden kan worden gebruikt, moeten alle exploitatieomstandigheden worden onderzocht, om vast te stellen of deze zaak wordt gebruikt om er duurzaam opbrengst uit te verkrijgen.
De gezamenlijke eigenaren van een woonhuis verhuurden twee onzelfstandige ruimten in de woning aan de BV van een van hen als kantoor en vergaderruimte. Het huurcontract was aangegaan voor een periode van tien jaar. De verhuurders opteerden voor belaste verhuur. Volgens de Hoge Raad vormt verhuur onder deze omstandigheden een economische activiteit in de zin van de btw-richtlijn 2006. De mogelijkheid om te kiezen voor belaste verhuur bestaat ook voor gedeelten van een onroerende zaak. Dat geldt ook als het gaat om onzelfstandige gedeelten van een gebouw dat voor het grootste deel als woning wordt gebruikt. Alleen voor de verhuur van gebouwen en gedeelten van gebouwen die als woning worden gebruikt geldt een verplichte vrijstelling van omzetbelasting.