Wanneer u als ondernemer gaat scheiden, heeft dit in de meeste gevallen ook gevolgen voor de onderneming. Of dit nu een eenmanszaak is of een bv. Een eigen bedrijf maakt een scheiding vele malen lastiger. Deze advieswijzer bevat een overzicht van enkele belangrijke zaken waarmee u als ondernemer te maken kunt krijgen bij een echtscheiding.
U en uw partner overwegen of hebben inmiddels besloten om te gaan scheiden. Wat betekent dit financieel? Kan de onderneming worden voortgezet? Maakt uw partner aanspraak op een deel van (de waarde van) het bedrijf? Wat gebeurt er met het pensioen in eigen beheer? Dit vraagt om deskundige begeleiding. Wij inventariseren samen met u uw persoonlijke situatie en kijken naar zaken als:
- Huwelijksvermogensregime: is er een gemeenschap van goederen of heeft u huwelijkse voorwaarden of partnerschapsvoorwaarden gesloten?
- Rechtsvorm van uw bedrijf: is er sprake van een eenmanszaak, vof, bv of andere vorm? Staat het bedrijf op uw naam en/of op uw partners naam? Werkt u beiden in het bedrijf? Is er een regeling getroffen over de eigendom van en/of het recht op een deel van de waarde van de onderneming?
- Vermogens- en inkomenspositie: wat behoort tot uw privé- en zakelijk vermogen? Waaruit bestaat het gezinsinkomen? Heeft u kinderen?
- Pensioenen: welke regelingen hebben u en uw partner gesloten? Is er een pensioen in eigen beheer? Welke aanspraken heeft u beiden opgebouwd voor en tijdens het huwelijk?
- Fiscaliteit: wat zijn de fiscale gevolgen van de scheiding? Moet u fiscaal afrekenen over de waarde van het bedrijf? Op welke fiscale valkuilen moet u alert zijn?
Tip: ga regelmatig na of uw huwelijksvermogensregime nog wel past bij uw zakelijke en privébelangen.
Huwelijkse- of partnerschapsvoorwaarden
Zonder huwelijkse of partnerschapsvoorwaarden valt de (waarde van de) onderneming in de te verdelen gemeenschap. Wellicht heeft u in uw huwelijkse of partnerschapsvoorwaarden wel specifieke bepalingen opgenomen over de gerechtigdheid tot het eigen bedrijf. Denk hierbij aan bijvoorbeeld een verrekenbeding, waarbij de waarde van het geheel of van een gedeelte van de onderneming moet worden verrekend.
Het kan dus zomaar zijn dat u als ondernemer de waarde van uw onderneming moet delen met uw (ex-)partner. De activa/passiva van het bedrijf dienen hiervoor reëel te worden gewaardeerd. De scheiding brengt het risico met zich mee dat het uitkopen van de ex-partner ten koste kan gaan van de continuïteit van het bedrijf. Als het bedrijf dan ook de belangrijkste inkomensbron is, is het zaak met ons te zoeken naar passende oplossingen. Denk hierbij ook aan het (tijdelijk) aanhouden van een belang in de onderneming door uw ex-partner. Maar ook aan het verrekenen van andere bezittingen of het overnemen van schulden.
Let op! Ga na of bij een bedrijfsfinanciering ook privézekerheden, bijvoorbeeld een hypotheek op de woning, zijn verstrekt. Dit vraagt dan om extra aandacht bij de afwikkeling van de scheiding.
Verevening van pensioenrechten
Bij een echtscheiding heeft de ex-partner van de ondernemer/dga in principe recht op de helft van het ouderdomspensioen dat tijdens het huwelijk is opgebouwd. Daarnaast heeft de ex-partner recht op een bijzonder partnerpensioen/nabestaandenpensioen. Het maakt niet uit of het pensioen is opgebouwd in eigen beheer of extern is verzekerd.
Op basis van rechtspraak kan de ex-partner eisen dat het pensioenaandeel van een pensioen in eigen beheer wordt afgestort bij een door de ex-partner gekozen verzekeringsmaatschappij. Indien u kunt aantonen dat dit de bedrijfscontinuïteit in gevaar brengt en de financiering van het pensioenaandeel ook via andere wegen niet mogelijk is, dan kan de afstorting worden afgewezen dan wel worden opgeschort, eventueel onder het stellen van zekerheid. U en uw (ex-)partner zijn overigens te allen tijde vrij om te kiezen voor een alternatieve financiële oplossing.
Tip: U bent vrij om samen met uw ex-partner een andere verdeling af te spreken of zelfs te besluiten niet tot verdeling van het pensioen over te gaan. Wijkt u af van de standaardverdeling, dan moet dit wel zijn vastgelegd in de huwelijkse voorwaarden of in het echtscheidingsconvenant.
Alimentatie
Ook na een echtscheiding hebben u en uw ex-partner de plicht voor elkaar en de kinderen te zorgen door bij te dragen in de kosten van levensonderhoud (alimentatie). Met ingang van 1 april 2013 zijn er nieuwe richtlijnen voor het berekenen van kinderalimentatie. De belangrijkste verandering is de invoering van een draagkrachttabel. Ouders die gaan scheiden, hoeven minder kinderalimentatie te betalen naarmate zij meer voor de kinderen zorgen. Wanneer een van de ex-partners niet genoeg inkomsten heeft om van te leven, heeft de ander de plicht om bij te dragen in de kosten. Deze partneralimentatieplicht eindigt in beginsel na verloop van twaalf jaar. Zijn er geen kinderen en was de duur van het huwelijk korter dan vijf jaar, dan is de duur van de alimentatieplicht beperkt tot de duur van het huwelijk.
Let op! Over de hoogte en de duur van de alimentatie kunt u met elkaar naar eigen inzicht en mogelijkheden afspraken maken. Neem de afspraken volledig en duidelijk op in een echtscheidingsconvenant. Voorkom discussie over het ondernemersinkomen en de onderlinge draagkrachtverdeling.
Let op! Met ingang van 1 januari 2015 is een aantal kindregelingen afgeschaft, waaronder de aftrek van kosten voor het levensonderhoud van kinderen. Daarnaast kunnen sommige alleenstaande ouders aanspraak maken op een verhoging van het kindgebonden budget. De hervorming van de kindregelingen kan gevolgen hebben voor wie kinderalimentatie betaalt of ontvangt. Een aanpassing van het alimentatiebedrag kan nodig zijn.
Fiscaliteit
Fiscaal partnerschap
Een echtscheiding kan voor de scheidende partners uiteenlopende fiscale consequenties hebben. Op het moment dat u het verzoek tot echtscheiding of scheiding van tafel en bed heeft ingediend en u ook niet meer op hetzelfde adres ingeschreven staat, bent u geen fiscaal partner meer. Wel mag u in dat jaar nog kiezen om als fiscale partners de belastingaangifte in te vullen. Dit kan het jaar daarop niet meer. Bent u geen fiscaal partner meer dan heeft dit vooral direct gevolgen voor een aantal regelingen in de inkomstenbelasting. Op hoofdlijnen gaat het om de volgende regelingen.
Winst uit onderneming
Behoort het ondernemingsvermogen tot de te ontbinden gemeenschap van de (huwelijks)partners, dan wordt het deel dat volgens het huwelijksvermogensrecht toekomt aan uw partner bij ontbinding van de gemeenschap geacht te zijn overgedragen tegen reële waarde. Over de fiscale meerwaarde (goodwill en stille reserves) van dit deel van de onderneming moet u als ondernemer dan afrekenen. Onder voorwaarden hoeft er echter niet te worden afgerekend en geldt er een belastingvrije doorschuiffaciliteit.
Terbeschikkingstelling (TBS)
Als u een vermogensbestanddeel (zoals een pand) ter beschikking stelt aan de onderneming, aanmerkelijkbelangvennootschap of werkzaamheid van een verbonden persoon, dan is op dit vermogensbestanddeel de TBS-regeling van toepassing. Partners gelden voor de TBS-regeling als verbonden personen. De positieve en negatieve voordelen behaald met dit vermogensbestanddeel vormen dan belastbaar resultaat uit overige werkzaamheid (box 1). Met de echtscheiding eindigt de verbondenheid en de terbeschikkingstelling en vindt over het betreffende (aandeel in het) TBS-vermogen een fiscale afrekening plaats, tenzij er een doorschuiffaciliteit (fiscale begunstiging) van toepassing is.
Aanmerkelijk belang
Hebben u en uw partner een aanmerkelijk belang (ab), dan kan de scheiding tot gevolg hebben dat bij een of beide partners niet langer sprake is van een aanmerkelijk belang. Op dat moment is sprake van een fictieve vervreemding in de zin van de ab-heffing met een fiscale afrekening tot gevolg. Onder voorwaarden geldt ook hier een doorschuiffaciliteit.
Eigen woning
We zien dat bij echtscheiding doorgaans een van de partners de woning verlaat. Op dat moment is deze woning voor de vertrekkende partner geen hoofdverblijf meer en daarmee zou voor dit aandeel in de woning de eigenwoningregeling en bijbehorende hypotheekrenteaftrek komen te vervallen. Máár, op voorwaarde dat de ex-partner in de woning blijft wonen, blijft de eigenwoningregeling op grond van de scheidingsregeling nog maximaal twee jaar na vertrek gelden. Naast de scheidingsregeling zijn er ook nog vele fiscale valkuilen als een eigen woning in het spel is. Zeker met de invoering van de nieuwe fiscale regels voor hypotheekrenteaftrek in 2013.
Tot slot
In de toekomst wordt het wellicht mogelijk om te gaan scheiden zonder tussenkomst van de rechter. Inmiddels is hiervoor een wetsvoorstel ingediend. Scheiden zonder rechter kan straks alleen als echtparen het onderling eens zijn en er geen minderjarige kinderen zijn.
Een echtscheiding vraagt om goede fiscale begeleiding. Er zijn veel regels om rekening mee te houden. Denk hierbij ook aan de verdeling van lijfrenten en kapitaalverzekeringen. Vraag ons om begeleiding bij dit complexe proces.